/
    • Een gastblog van Don Zuiderman.

      Toen ik zaterdag bij de supermarkt boodschappen deed, zag ik in het tijdschriftenrek uitgave één van een nieuw tijdschrift voor kinderen: Buurman en Buurman. Het tijdschrift zit in een cellofaan met de DVD van hun recente bioscoopfilm 40 jaar Buurman en Buurman toegevoegd.

      Buurman en Buurman (oorspronkelijk Pat a Mat) is een Tsjecho-Slowaakse poppenanimatieserie van Lubomír Beneš over twee onhandige maar vindingrijke klussers. De korte animatievideo's van Buurman en Buurman, met de karakteristieke Nederlandse stemmen van Kees Prins en Siem van Leeuwen zijn al jaren ontzettend populair. De twee buurmannen zijn bijzonder praktisch en proberen elk probleem dat ze tegenkomen zelf op te lossen.

      Buurman en BuurmanHet mooie van Buurman en Buurman is dat zij een ideaal beeld tonen van hoe makers zijn. De buurmannen zijn nooit boos, nooit moedeloos en nooit gefrustreerd. Ze zijn creatief, constructief, innovatief, behulpzaam, vindingrijk, ijverig en nieuwsgierig.

      Het handelen van de buurmannen sluit naadloos aan bij elk model of elke cyclus van ontwerpend leren. Neem bijvoorbeeld de ontwerpcyclus van het Wetenschapsknooppunt:

      • Probleem verkennen en formuleren
      • Ideeën verzinnen
      • Concepten uitwerken
      • Prototype maken
      • Testen en optimaliseren
      • Presenteren

      Of het ontwerpmodel van Mitch Resnick’s Lifelong Kindergarten Lab bij MIT:

      • Imagine
      • Create
      • Play
      • Share
      • Reflect

      Of nog eenvoudiger; het drie-stappenplan van Sylvia Martinez and Gary Stager in hun boek Invent to Learn:

      • Think
      • Make
      • Improve

      Al deze modellen en cycli hebben gemeen dat ze willen aansporen tot handelen. Ga maar doen. Ga maar testen. Ga maar uitproberen. En kijk eens wat er gebeurt. En nu? Hoe ga je nu verder?

      Waar het op neerkomt: de buurmannen maken. Ze zijn onbevangen. Niet bang om fouten te maken. Niet bang om te experimenteren en daarvan te leren. Dat is precies de kracht van maakonderwijs. Je wordt niet afgerekend op het eindproduct of op het maken van fouten. Integendeel! De nadruk ligt op het leerproces. Het is de ultieme tegenhanger van de huidige toetscultuur.

      Omdat maakprojecten betekenisvol zijn (vanuit de belevingswereld van het kind), gaan leerlingen gemotiveerd aan de slag. En ze begrijpen waarom ze het doen. Bovendien ervaren makers het gevoel van daadwerkelijk iets maken, iets bereiken, iets oplossen. En dat is heerlijk!

      Een veel gehoorde oproep in de media is: "Meer mannen in het onderwijs!” Maar ik zeg: "Meer buurmannen in het onderwijs!” Of buurvrouwen natuurlijk… A je to!

      PS Dit blog schreef Don als afsluiting van zijn podcast over maakonderwijs, de tweede aflevering in een serie podcasts voor het onderwijs getiteld "de anonieme orang-oetan". De podcasts zijn mijn inziens een must voor iedereen die lesgeeft, ik heb er veel aan gehad. Ze zijn via iTunes, deze rss-link voor podcast-apps, of hier online te beluisteren.

      PS 2 Dat buurman en buurman na 40 jaar lang alles zelf gemaakt te hebben verschijnen om in een reclame voor Eneco een kant en klaar product aan te bieden doet wel een beetje pijn natuurlijk...